Ik ben een vieze man van achtenzestig jaar Ik pis vaak in mijn broek want ik heb last van mijn prostaat Ik heb een kunstgebit en slechts hier en daar wat haar Wratten op mijn kin en ik kwijl dikwijls als ik praat Maar het is niet interessant als ik naar mijn fouten kijk Kijk liever naar het meisje waar dit liedje over gaat Lippen als Monroe, de koele blik van Renee Soutendijk Ik volg haar al weken in cafés en over straat Maar ik, ik ben altijd alleen Alleen overdag en alleen in de nacht Ik ben altijd alleen Niemand die thuis met smart op mij wacht Totdat op de nacht in de Mazzo een jongmens Zag hoe ik haar slinks aan het beloeren was Ik bezit, zei hij, de vervulling van uw wens Bestel voor haar een bier en strooi dit poeder in haar glas Dat heb ik toen gedaan en al geloofde ik het niet
Zij kwam naast me staan en sloeg haar arm om mij heen Ze kuste me spontaan een wonder was geschied Door het Afrodisiac ben ik niet meer alleen Dus ik, ik ben niet meer alleen Alleen overdag en alleen in de nacht Ik ben niet meer alleen Dit is meer dan ik ooit had gedacht Na een tijdje zei ze: kom dan gaan we naar mijn huis Ze wandelde naar buiten en ik ging met haar mee Toen voelde ik een klap, zij trapte in mijn kruis En samen met die jongen roofde zij mijn AOW Dus ik blijf altijd alleen Alleen overdag en alleen in de nacht Ik blijf altijd alleen Dit had ik heel anders gedacht En ik blijf altijd alleen Alleen overdag en alleen in de nacht Ik blijf altijd alleen Alleen met mijn pijn, alleen in de gracht