Twee soldaten en een lamgeslagen derde
Een jongen overdekt met bloed en zweet
Een vijand die zijn maten zag vermoorden
En die moet nu vertellen wat ie weet
Hij krijgt water ingegoten, liters water
En water, net zolang totdat ie praat
En water en hij kokhalst, slikt en stuiptrekt
Het is oorlog en dit is wat ervoor staat
Door angst en door pijn is ie verdwaasd
Hij is bang, geweldig bang, ellendig bang
Het duurt zo lang. Hij is zo godvergeten bang
Maar niet verbaasd
De soldaten halen nog een nieuwe emmer
De krijgsgevangen jongen huilt en hijgt
Ze schieten hem pas dood als ie gepraat heeft
En ze martelen hem dood zolang ie zwijgt
De oorlogsfotograaf kijkt door zijn zoeker
En zegt dan:Ach til zn hoofd een tikkie op
Nee, sleep hem iets naar voren uit de schaduw
Nog een meter, nog een halve meter, stop
En zn vinger zoekt de knop want hij heeft haast
Ja nu gieten, ja dit is m, godverdomme nog aan toe
Hij is prikkelbaar en moe
Maar niet verbaasd
En die foto haalt de krant
Een één kolomsberichtje staat ernaast
En wij zien en wij lezen het gewoon aan het ontbijt
Tot een diepe zucht bereid
Maar niet verbaasd