[Verse 1:]
Zwart als de nacht, vacht zo zacht, groene ogen
Verschrikkelijk lief, verschrikkelijk stout, het moet mogen
Dromen in de zon in het raamkozijn
‘s Nachts zachtjes huilen in de maneschijn
Ze hoeft alleen maar brokjes en wat water erbij
En knippert ze met d'r ogen dan praat ze met mij
[Refrein:]
Baby Miko (x8)
[Verse 2:]
‘s Ochtends , daar onder de deken, bijten en krabben
Verschrikkelijk lief, verschrikkelijk stout, dat is het fijne van je
Als je ‘s ochtends aan m'n tenen kauwt
Betekent het dat je eten wil en geef ik het gauw
En ook al kom je niet veel verder dan die ene miauw
Je hebt twee mensjes die heel veel van je houden
[Refrein:]
Baby Miko (x8)