Je telt geen dagen meer, je stelt geen vragen meer En je geluk gaat boven je gelijk Een opgaande zon cadeau, de kinderen komen zo Zou dat dan niet mooi zijn Staren naar een glazen bol onzekerheid, maak me stapeldol Zie je jezelf daar dan samen met mij, zijn we samen oud Wij en de eeuwigheid in geslepen goud Ik zie de toekomst niet verschijnen zonder jou Denk dat ik stevig zo maar laat, denk jij nou Al leef ik wel eens langs je heen, al praat je wel eens heel gemeen Als je weggaat, wordt het koud in mij We helpen elkaar omhoog, maar houden het amper droog Blijven we voor altijd Staren naar een glazen bol onzekerheid, maak me stapeldol Zie je jezelf daar dan samen met mij, zijn we samen oud Wij en de eeuwigheid in geslepen goud Ik zie de toekomst niet verschijnen zonder jou Denk dat ik stevig zo maar laat, denk jij nou Je bevriest, je bemind, je verliest en je wint En je huilt en je schuilt voor mijn donkere bui Maar we kwamen er wel samen En je breekt, je verweert, je vergeet, en je leert En je strijdt, je verwijt en je scheldt het kwijt Maar we kwamen er wel samen Zie je jezelf daar dan samen met mij, zijn we samen oud Wij en de eeuwigheid in geslepen goud Ik zie de toekomst niet verschijnen zonder jou Denk dat ik stevig zo maar laat, denk jij nou Je geeft en je neemt en je kijkt om je heen En je hoopt en je droomt, dat ze ergens komt Maar we staren, staren